Discriminatie op de huurmarkt
De Belgische wet verbiedt discriminatie. Er is sprake van discriminatie wanneer iemand op basis van een bepaalde discriminatiegrond verschillend behandeld wordt, zonder dat hiervoor een gegronde rechtvaardiging kan gegeven worden.
Discriminatie is een ernstig misdrijf dat slechts door een minderheid wordt begaan, een grote meerderheid van de eigenaars discrimineert niet en heeft respect voor gelijke kansen.
Discriminatie op de huisvestingsmarkt kan verschillende vormen aannemen. De discriminatie kan direct (bijvoorbeeld: ‘wij verhuren niet aan zwarten’) of indirect worden geuit (bijvoorbeeld: zodra een persoon met een handicap de intentie toont om te huren, verhoogt de eigenaar de geafficheerde huurprijs).
Discriminatie kan ook op verschillende momenten in het huur- of aankoopproces tot uiting komen: aan de telefoon, bij bezoek van het vastgoed, na het bezoek, in een advertentie …
Het staat de eigenaar vrij de huur- of aankoopvoorwaarden te bepalen, maar de wetgeving perkt deze vrijheid in. De eigenaar mag immers geen discriminerende selectiecriteria hanteren die niet objectief of redelijk te verklaren zijn. Discriminerende criteria zoals het zogenaamde ras, de huidskleur, afkomst, nationale of etnische afstamming en het geslacht kunnen nooit het voorwerp uitmaken van een rechtvaardiging.
De eigenaar mag bijvoorbeeld niet weigeren om te verhuren aan personen die een uitkering ontvangen van het OCMW, zonder rekening te houden met hun reële financiële mogelijkheden om de huur te betalen.